Verschillende landen vervolgen homo’s vanwege hun geaardheid en dit kan dan ook een reden zijn om asiel te verlenen. Nederland werd bekritiseerd om de manier waarop ze met deze aanvragen omgingen. Het Europese Hof van Justitie heeft geoordeeld dat vluchtelingen die asiel aanvragen omwille van hun geaardheid geen tests hoeven ondergaan om hun homoseksualiteit te bewijzen. Wel mag een algemene check worden gedaan.
Het Europees Hof van Justitie onderzocht de zaak van drie asielzoekers van wie de asielaanvraag in Nederland werd afgewezen omdat hun geaardheid niet kon worden aangetoond. De drie, die door het Hof A, B en C worden genoemd, zijn afkomstig uit Afghanistan, Gambia en Oeganda.
Ze verklaarden in Nederland dat ze in eigen land vervolgd dreigden te worden omdat ze homo zijn. Maar omdat hun geaardheid niet kon worden bewezen, wezen de Nederlandse asielinstanties hun aanvragen af. De drie tekenden beroep aan, waarop de Nederlandse Raad van State de vraag doorspeelde aan het Europees Hof in Luxemburg: welke grenzen worden er gesteld aan de verificatie van de seksuele geaardheid van asielzoekers?
Erectietest
In het Verenigd Koninkrijk kwam aan het licht dat een asielzoeker ‘choquerend vernederende’ vragen kreeg voorgeschoteld, bericht de Britse omroep BBC. Een rapport dat in oktober 2014 gepubliceerd werd, gaf aan dat meer dan een op de tien interviews vragen van ‘onaanvaardbare aard’ bevatte.
Verschillende andere Europese landen onderwerpen zelfverklaarde homoseksuelen aan tests om hun geaardheid te onderzoeken. Dat is in Nederland niet het geval, maar bijvoorbeeld wel in Tsjechië en Slovakije, waar pornografische afbeeldingen getoond werden en vervolgens de fysieke reactie gemeten werd – de zogenaamde phallometrie-methode. Zulke medische tests en verzoeken aan asielzoekers om video-opnamen van hun seksuele handelingen voor te leggen, kunnen niet door de beugel, meent het Hof. “Zij hebben niet noodzakelijkerwijs bewijswaarde en zouden afbreuk doen aan de menselijke waardigheid.”
Geen bewijsmateriaal leveren
Volgens de recente uitspraak moet over de geaardheid van een vluchteling geoordeeld worden conform de EU-wetgeving en met respect voor het privé- en familieleven.
Autoriteiten van de lidstaten mogen bij de ondervraging van asielzoekers wel vragen naar hun geaardheid, maar niet naar seksuele praktijken. Zo mag er bijvoorbeeld niet gevraagd worden naar de wijze waarop de asielzoeker praktische invulling geeft aan zijn seksuele geaardheid. Ook de vraag naar video-opnames van seksuele handelingen ter bewijs van de geaardheid is niet toegestaan.
Volgens de uitspraak van het hof mogen lidstaten niet vragen naar bewijzen van homoseksualiteit of het laten verrichten van homoseksuele handelingen. Een lidstaat mag ook niet concluderen dat iemand niet homoseksueel is als hij niet voldoet aan bekende stereotypen. Als een asielzoeker geen vragen beantwoordt over de persoonlijke situatie, is dat geen geldige reden om diens geloofwaardigheid te verwerpen.
Een asielaanvraag kan ook niet worden afgewezen omdat iemand niet meteen heeft verklaard homoseksueel te zijn. De rechters in Luxemburg wijzen in die context op de terughoudendheid bij het onthullen van intieme aspecten van het privéleven.
Meer aanvragen
Er was een toename van asielaanvragen door sub-Saharische Afrikanen in Europa het afgelopen jaar. De meeste Afrikaanse landen bestempelen homoseksualiteit als een misdrijf. In 2013 stelde het Hof dan ook dat homoseksuele asielzoekers die opsluiting in hun thuisland vreesden, onder de categorie ‘vluchteling’ zouden kunnen vallen.
English summary:
The European Court of Justice (ECJ) ruled that gay asylum seekers do not need to undergo a test to prove they are homosexual. The decision came after three men failed in their attempts to seek asylum in the Netherlands after the Dutch court ruled they had not proved their sexuality.
The ECJ said determination of a refugee’s sexuality must be in accord with EU law and cannot infringe on rights to privacy and dignity. The court added authorities can discuss sexual matters with asylum seekers but cannot ask about personal sexual practices or demand “medical tests” or recordings of sexual acts.