Wetenschappers hebben nieuwe aanwijzingen gevonden die suggereren dat homoseksualiteit bij mannen een genetische basis heeft, meldt nu.nl. Genen in specifieke gebieden op twee chromosomen lijken verband te houden met mannelijke homoseksualiteit.
Amerikaanse onderzoekers schreven hierover in het wetenschappelijk tijdschrift Biological Medicine.De ontdekking vormt het sterkste wetenschappelijke bewijs tot nu toe dat homoseksualiteit aangeboren is.
Broers
De wetenschappers verrichten DNA-onderzoek in 419 gezinnen, waarin tenminste twee broers homoseksueel waren. Nog nooit eerder werd er op zo’n grote schaal genetisch onderzoek verricht naar homoseksualiteit. Ze vonden genetische overeenkomsten in een gebied op het X-chromosoom dat in eerdere studies al is gelinkt aan homoseksualiteit. Ze stuitten echter vooral op veel gelijkenissen tussen genen in een regio op het chromosoom 8.
Genen
Daarmee zijn er nog geen specifieke genen in verband gebracht met homoseksualiteit. Beide onderzochte gebieden bevatten een groot aantal genen die seksuele oriëntatie zouden kunnen beïnvloeden. Maar volgens hoofdonderzoeker Alan Sanders suggereren de nieuwe bevindingen dat homoseksualiteit wel degelijk genetisch bepaald is. “Deze resultaten doen afbreuk aan de opvatting dat seksuele oriëntatie een keuze is”, verklaart hij op nieuwssite New Scientist.
Kritiek
Toch is er ook kritiek op de studie. De techniek die de wetenschappers gebruikten om het DNA van de proefpersonen te linken aan hun seksuele oriëntatie is sterk verouderd. Met nieuwe technieken is het ook mogelijk om het verband tussen individuele genen en homoseksualiteit te analyseren. Daarnaast is het gevonden verband tussen homoseksualiteit en de genen op het X-chromosoom niet erg sterk. “Toch lijkt het erop alsof er belangrijke genen voor homoseksualiteit in de gevonden regio’s zitten”, aldus onderzoeker Michael Bailey in het wetenschappelijk tijdschrift Science. “Maar totdat iemand een specifiek gen vindt, weten we het niet zeker.”
